De rijkdom van ons stukje Noordzee
07 Juni 2025

Van 23 tot 27 juni trekken 50 Groen-Plussers naar ’t zeetje. De Groene Strandjutters gaan er niet alleen genieten van zon, zee en strand. Ze staan ook stil bij de rijkdom van ons stukje Noordzee, onze 11de provincie, met een schat aan biodiversiteit.
De Belgische Noordzee, onze 11de provincie
Met een oppervlakte van bijna 3500 km² biedt de Noordzee leven aan meer dan 2000 soorten planten en dieren. Ze levert ook tal van producten en diensten, zoals voedsel (vis, schaal- en schelpdieren), grondstoffen (zand) en energie (wind). Als onderdeel van de oceaan zorgt de Noordzee ook voor de productie van zuurstof en de zuivering van water door algen.
Wie is bevoegd voor de Noordzee?
Een regeling op z’n Belgisch!
De federale overheid is op zee bevoegd voor scheepvaart, militaire activiteiten, ontginning zeebodem, energie, kabels en pijpleidingen, de bescherming van het mariene milieu, controle (politie), rampenbestrijding en wetenschapsbeleid.
Op land (kust en duinen) is de federale overheid bevoegd voor militaire activiteiten, energie, controle (politie) en rampenbestrijding.
De Vlaamse overheid is op zee bevoegd voor baggeren, loodsen, redding op zee, scheepvaartbegeleiding, ruimen van wrakken en zeevisserij. De Vlaamse overheid is op land (kust en duinen) bevoegd voor ruimtelijke ordening, leefmilieu en natuurbehoud, grondwaterwinning, toerisme, havens, kustverdediging, beheer openbaar domein en wetenschapsbeleid.
Natura 2000
Om de verschillende habitattypes en een aantal diersoorten (zeevogels, bruinvissen, zeehonden) te beschermen en te herstellen is 1/3 van het Belgische deel van de Noordzee aangeduid als Europese Natura 2000-netwerk. Enkel als uit een beoordeling blijkt dat de natuurlijke kenmerken van het gebied niet aangetast worden, kan een Natura 2000-toelating voor een project worden verleend. In het gebied worden helaas te veel vergunningen afgeleverd. Er zijn ook geen acties die de biodiversiteit beschermen, herstellen of versterken. De toestand van de Noordzee als natuur is dan ook zorgwekkend.
Klimaatverandering laat zich voelen
De zeespiegel steeg de afgelopen eeuw al met 20 cm. De eerste hulp bij stijging van de zeespiegel is investeren in een goed ontwikkelde duinengordel en de aanleg van slikken en schorren. De Noordzee warmt twee keer sneller op dan gemiddeld en door het warmer worden van de Noordzee verandert de ecologische samenstelling. Zo trekken ‘koude’ vissoorten, zoals kabeljauw, makreel, tong en haring, weg en komen ‘warme’ soorten, zoals ansjovis en sardines, ervoor in de plaats.
Toen de makreel door de opwarming noordwaarts trok, begonnen IJslandse vissers de soort te bevissen. Zij kregen het aan de stok met de Europese, die de quota voor die soort aan hun neus voorbij zagen gaan.
Marien Ruimtelijk Plan
Het wordt steeds moeilijker om, wegens gebrek aan ruimte of protest van omwonenden, infrastructuurwerken en industriële activiteiten op land te ontwikkelen. Verschillende ‘gebruikers’ zoeken een plekje op zee, w.o. de visserij en de aquacultuur, militaire activiteiten, de zanden grindwinning, hernieuwbare energieproductie… Om alles in goede banen te leiden, heeft België, als een van de eerste landen in de wereld, sinds 2014 een Marien Ruimtelijk Plan. In dat plan werd wettelijk vastgelegd, telkens voor een periode van 6 jaar, waar welke activiteit wel of niet mag plaatsvinden.
Vervuilingsprobleem van de 21ste eeuw: plastic
Plastic zit overal: van de Noordpool tot de Zuidpool, in de diepste diepzeetroggen in de oceaan en op de hoogste bergen op het land; in ons drinkwater en in de vis die we eten.
Per uur belandt er een hoeveelheid plastic in zee, waarmee je 11 Olympische zwembaden kan vullen. 11 % van het geproduceerde plastic komt uiteindelijk in de zee terecht. Door de snel toenemende vraag zal dat in 2030 zo’n 53 miljoen ton per jaar zijn. Eenmaal in zee breekt plastic vrijwel niet, of uiterst langzaam af.
Aan de oppervlakte van de oceaan dobbert het jarenlang met de stromingen mee en vormt plastic eilanden waar dieren in verstrikt geraken. Uiteindelijk wordt het afgebroken in uiterst kleine deeltjes, die we micro- en nanoplastics noemen.
Daarnaast zijn er de micro- en nanoplasticdeeltjes die van het land in de zee terechtkomen, zoals slijpsel van autobanden, vezels van synthetische kleding of cosmetica. Ze zijn niet zichtbaar, maar komen wel in onze voedselketen terecht.