GroenPlus praat met collega’s over ‘Leeftijdsvriendelijke Gemeente’
01 Mei 2017

GroenPlus vroeg aan collega's ouderenverenigingen hoe zij denken over Leeftijdvriendelijke gemeente.
GroenPlus vroeg aan collega's ouderenverenigingen hoe zij denken over Leeftijdvriendelijke gemeente. bekeek eerst in vogelvlucht de resultaten van het GroenPluscongres en dan was het de beurt aan het panel. Dit kwam naar voor uit het overleg:Mieke Vogels
Johan Truyers (OKRA) onderschreef de rol van grotere, slagkrachtige gemeenten. Alleen dan kunnen de taken van een leeftijdsvriendelijke gemeente worden uitgevoerd. In kleinere landelijke gemeenten is de invulling van functies belangrijker dan de creatie van structuren.
Leona Detiège (S-Plus) is ervan overtuigd dat ouderen in alle partijen een grotere rol zullen opeisen in de politiek. Ze kantte zich wel tegen opgelegde quota. Mantelzorg en vrijwilligerswerk zijn niet hetzelfde. In het vrijwilligerswerk kunnen verenigingen een rol spelen.
Fernando Marzo (ACLI), actief in Genk, stelde vast dat allochtone ouderen te weinig aanwezig zijn in middens waar over ouderenproblemen gepraat wordt. Culturele gevoeligheden en taalachterstand houden allochtone ouderen weg uit woon- en zorgcentra.
Ferre Weustenraad (Seniorenraad Antwerpen) is evenmin voorstander van quota voor ouderen in de politiek. Hij stapt niet af van zuilgerichte dienstverlening, maar komt op voor een betere coördinatie. Hij beschouwt het congresboek van GroenPlus als een goed werkdocument. Ouderenraden kunnen er zich van bedienen bij het schrijven van memoranda voor de gemeenteraadsverkiezingen.
Na een korte zoempauze reageerde het publiek op de inbreng van het panel. Groen pleit voor kleinere, wijk- of buurtgeoriënteerde voorzieningen en voor een stop op de bouw van grote rust- en zorgcentra, maar niet alle grote ruimten kunnen omgebouwd worden naar kleinere wooneenheden. Het is ook opletten voor de zorg die door de provincies wordt afgestoten. Gemeenten beschikken over te weinig middelen om die zorg op zich te nemen. De Vlaamse Ouderenraad voorziet wel vormingswerkers om de lokale ouderenraden bij te staan.
Er werden ook nog vragen gesteld bij de (hogere?) prijs van kleinschalige initiatieven en het inzetten van vrijwilligers, waar overheid tekortschiet.
Vlaams Groen-volksvertegenwoordiger Ingrid Pira noteerde punten die politiek kunnen aangekaart worden. Voor haar vormen de lokale besturen de toekomst voor de transitie van het nationale naar het lokale, dicht bij de mensen, maar dat veronderstelt ook een sterkere samenwerking van kleinere initiatieven.