Een plan voor Mechelen
10 Maart 2025

De volgende vijf jaar wil Mechelen het comfort van de voetgangers in de stad gevoelig verbeteren. Daarom heeft ze een heus ‘voetgangersplan 2025-2030’ ontwikkeld. “Dat gaat niet enkel over voetpaden”, vertelt schepen van Openbare Werken Patrick Princen (Groen), “maar over een globale aanpak van comfort en kwaliteit die we de voetganger willen bieden”.
Vooral in het stadscentrum stijgt het aantal voetgangers voortdurend, waardoor de vraag naar comfortabele voetpaden steeds groter wordt.
Tegelijk zijn in de ruim 800 Mechelse straten vele voetpaden toe aan vervanging. Een gemiddelde straat gaat meer dan een halve eeuw mee, de levensduur van voetpaden is vaak veel korter. Zij worden voortdurend opengebroken om nutsleidingen (telefoon, internet, elektriciteit) te herstellen of te vernieuwen; er worden verkeersborden en -lichten geplaatst, vuilnisbakken, fietsnietjes en wat al meer.
Vorig jaar voerde Mechelen een screening uit in de belangrijkste straten van de binnenstad. Op basis van het smartphonegebruik werd vastgesteld welke routes door voetgangers het meest werden gebruikt.
Die routes werden in detail onderzocht en in kaart gebracht: welke hindernissen kom je er als voetganger tegen? Waar staan er borden in de weg? Waar fietsen? Waar verkeerssignalisatie? Hoe comfortabel is het oversteken van een zijstraat? Is er overal voldoende ruimte?
Voor de screening kon leiden tot een plan-van-aanpak, diende Mechelen een aantal beleidsstandpunten te klaren. Willen we in zone 30 toch zebrapaden? Wat met laadpalen in een voetgangersruimte? Hoe moeten waterdoorlatende voetpaden eruitzien? Centraal stond altijd het comfort van de voetganger: hoe zorg je ervoor dat de voetganger ook voetganger blijft? Want naast een fietsstad wil Mechelen zich ook profileren als voetgangersstad. Dat heeft te maken met fysiek en psychisch welzijn, met oog voor recreatie en ontmoetingen, maar ook met aandacht voor gezondheid en milieu.
Het Mechelse ‘voetgangersplan 2025-2030’ heeft nog een aantal jaren voor de boeg, toch is een deel van het plan al gerealiseerd. Schepen Patrick Princen neemt me mee naar de Bruul, de drukste winkelstraat van de stad. Autoverkeer is er toegelaten tot 11.00 u en na 18.00 u; op de drukke zateragnamiddagen is fietsen er verboden. “Als het drukker wordt, moet je keuzes maken”, vertelt de schepen. ‘Bomen, beplantingen, banken, fietsen, verlichtingspalen en vuilnisbakken staan netjes in een lijn geschikt. Zij scheiden het fietsverkeer van de voetgangers, bieden deze laatsten ook ruim plaats om langs de uitstalramen te kuieren.
Extra verkeersborden zijn er nauwelijks te bespeuren.”
Langs de Kruidtuin (geen bromfietsen toegelaten, wel een gloednieuwe speeltuin in opbouw) lopen we tot aan de Zandpoortvest. Het autoverkeer heeft er deels plaats gemaakt voor een breed fietspad. Daarnaast ligt een aansluitende strook met groen, banken, bomen en zithoekjes die het voetpad – dubbel zo breed als voorheen – van het fiets- en autoverkeer scheidt. Verderop steken we de baan over. Aan beide kanten van de oversteekplaats loopt het zebrapad over het fietspad heen, hier heeft de voetganger voorrang. Op de baan zelf liggen fietspad en zebrapad voor voetgangers netjes gescheiden, conflictvrij. “Wil je echt een voetgangersstad worden, dan moet je die voetganger ook ruimte en veiligheid bieden” vat schepen Princen het Mechelse voetgangersplan in één zin samen.
Mark De Geest