Bijlage bij:
‘Blijf in uw kot en kruip in je pen’
Nieuwsbrief 4 van 11 april 2020
- Bijdrage van Yvan Scheldeman
- Bijdrage van Joris. Willaert
- Bijdrage van thuisverpleegkundige Jan Van Reusel
- Bijdrage van Erwin Dewulf
- Bijdrage van Gerda Blues
- Bijdrage van Christel Caen
- Bijdrage Jef Schauwaers
- Bijdrage van Tom Roes
- Doetertoedoe opdrachten van Betsie Peeters
-
Nog een Paasboodschap van Betsie Peeters
1. Bijdrage van Yvan Scheldeman
Voor en na Corona :
In volle corona-crisis en met plotse zeeën van tijd die we proberen te vullen met allerlei activiteiten – van gewoon blijven werken tot ontspannen – zitten we ook af en toe te piekeren, vragen we ons af “hoe lang nog?” en vooral “wat na corona?”.
Gaan we écht zo naïef zijn dat dit business as usual wordt? Gaan we opnieuw opgefokt ratracen, in de files staan, nu telewerking zijn succes én haalbaarheid bewezen heeft? Gaan we opnieuw potverteren, van de ene kant naar de andere kant van de wereldbol citytrippen en bijv. steden als Venetië opnieuw platwalsen? En dit ook toelaten aan de vele miljoenen toeristen die bij ons langskomen? Blijven we de “I want it all, and I want it now” mantra genadeloos najagen? Blijven we het normaal vinden dat er pakweg 100 soorten kaas, vlees, in supermarkten aangeboden worden? Dat we aan mono-cultuur doen, in de veel te grootschalige industriële landbouw? Hoeveel waarschuwingen moet Moeder Natuur ons nog geven? Zelfs met een globale klimaatcrisis leren we ons lesje nog niet, zelfs na voorgaande zgn. tot dieren beperkt gebleven epidemieën bleven we blind en doof: de dioxine-crisis, de gekke koeienziekte, de varkenspest, allemaal weggesust en “oef, zijn we mooi aan ontsnapt” commentaren. Nou, met corona lékker niet, dus.
In deze politiek-sociale noodsituatie is het – begrijpelijk en terecht – dat er uitzonderlijke noodmaatregelen worden genomen. “Tot zolang de crisis duurt”. Probleem is echter dat niemand weet hoelang, en hoe ‘uitzonderlijk’ deze crisis zal duren, ook specialisten/virologen niet. Terugkeren naar het vorige normaal houdt dus ironisch in dat we in de kortste keren – deze zomer? dit najaar? volgend jaar? – opnieuw in een misschien nog véél ergere corona storm terecht komen. Onze beste krachten/specialisten houden de boel nu overeind. Een special task force o.l.v. de heer Van Themsche bereidt de terugkeer naar dat normaal voor. Tiens, was dat niet de voorzitter/lakei van de Boerenbond die in die hogervermelde crises de Grote Susser was? En de heer De Crem, was dat niet die politicus die net met pensioen gegaan was? Zie hem gloriëren als de gereïncarneerde Churchill… Moet onze noodregering niet véél breder uitgebouwd worden, met ecologen, groenen, linksen? En natuurlijk: hoe vermijden we, tot elke prijs, dat dit opnieuw gebeurt. Zelfs de meest conservatieve economen/bedrijfsleiders beseffen dat het neoliberale, kapitalistische model dit niet overleeft. Dat globalisering keihard op zijn grenzen gebotst is.
Als burger in een (voorlopig nog) democratische rechtstaat moeten we, nu én méér dan ooit, onze politici onder zware druk zetten dat terug naar het ouwe normaal niet langer kan. Van die progressieve ecologische en linkse politieke families die zich nu wat buitenspel hebben gezet, verwachten we daadkracht, een wake-up call: uit de maatregelen genomen in landen die het wat minder nauw nemen met de democratische principes komen nieuwe dreigingen op ons af: corona als excuus om “draconische” (lees: autoritaire) maatregelen op te dringen. Men prijst nu al het Chinese ingrijpmodel, dat, voorlopig althans, corona met succes wist te bedwingen. Wie doet hen na? lijken populisten/rechtse politici luidop te denken.
Moeten we terecht vrezen voor onze democratie? Voor onze privacy (via gsm en andere media kan men o.m. ons “tracken”, nagaan of we koorts hebben, en ons bijgevolg viseren als “besmet” of “verdacht”). Worden besmette burgers straks “opgehokt” in corona-concentratiekampen? Gaan we kritische burgers, of gewoon, balorige jongeren, arresteren en opsluiten? Is de coronacrisis, alweer, een goedkoop excuus om GAS-boetes van 250 euro af te pingelen? Moet de angstige bevolking niet eerder empathisch en “zacht” benaderd worden? Hoe weerbaar is onze democratie, of krijgen we Krachtig Leiderschap, gesteund door een getraumatiseerde, kortzichtige bevolking ?
Ten slotte is er ook het voortsluipend perfide taalgebruik dat de corona crisis siert: de afschuwelijke slogan “blijf in je kot”, hoe leuk of hip dat ook klinkt. “Kot”, “ophokke: wij zijn géén varkens noch kippen…..
Corona is bovenal een fenomeen dat ons ontmenselijkt: corona treft en raakt ons diep, niet alleen op het fysieke-medische vlak, ook op het puur humane: je mag niemand meer bezoeken, aanraken, benaderen. Je mag als grootouder je kleinkind niet meer zien, en omgekeerd. Je moet ingepakt, gemaskerd, omzwachteld de andere benaderen, en omgekeerd. Je moet huisarrest ondergaan, en ergst van al, je moet alleen lijden en sterven, geïsoleerd, ergens in een noodbed, in een hall, in een ziekenhuis, en alleen, zonder nabestaanden, zo snel mogelijk in een kist gestopt, de grond in…
Laten we niet teveel geïnspireerd worden door krasse voorbeelden uit de ons omliggende landen, uit de andere werelddelen. Laten we vooral onze Belgische, Vlaamse eigenheid meespelen: niet zeuren, aanpakken en dan evalueren: wat koesteren we uit de nieuwe waarden die we “dankzij” corona (opnieuw) ontdekt hebben? Van welke waardeloze en op termijn autodestructieve economische en andere modellen nemen we definitief afscheid?
Of zoals William het zei: “to be or not to be, that is the question”. Na corona….
2. Bijdrage van Joris Willaert
Het Corona-monster
Is Corona de reïncarnatie van Gorgo, dat monsterachtig vrouwelijk mythologisch wezen wier aanblik de beschouwer deed verstenen? Een onzichtbare drone die virussen spuwt uit zijn tentakels? Een virus, ontwikkeld door een onbekende grootmacht en met nietsvermoedende reizigers meegegeven met de stempel op hun uitreisvisum?
‘Is er een Zilverblad-lezer die eraan denkt om aan een van deze theorieën enige aandacht te schenken?’
24 maart 2020. De wintergriep is afgekalfd, een gevaarlijk virus gooit het leven overhoop. De zon ketst af op de vruchtbotten van de bomen die na een winter die eerder deed denken aan een natte doodgrijze herfst, nu gevaarlijk vroeg willen ontluiken. De zon lucht de mensen op.
Toch jammer dat alle cafés en andere populaire ontmoetingsplaatsen nu gesloten zijn. Lockdown. De wet geldt voor iedereen. Ook de oudjes in rusthuizen mogen geen bezoek ontvangen, ze proberen de situatie te begrijpen zolang ze dat nog kunnen. Binnenblijven is de boodschap. ‘Blijf in uw kot’, ‘Also sprach’ niet ‘Zarathoestra’, maar de Minister van Volksgezondheid.
De klassieke discussies op café, door dorpsfilosofen aangestoken, zijn tijdelijk opgeschort, maar zullen terugkomen. Over enkele weken. Niemand weet hoeveel. Tapkast, tafels, stoelen en binnenmuren ondergaan de stilte.
Is het dan toch waar dat West-Vlamingen een speciaal volk zijn? Ze werken hard om ‘Het goeie West-Vlaamse leven’ te beleven, zoals de Krant van West-Vlaanderen, mijn krant, wekelijks aan zijn lezers probeert te bewijzen. Een aantal ‘ongelovigen’ manifesteert zich door de lockdown te minimaliseren. Op een week tijd zijn drie cafés betrapt en beboet omdat er clandestien klanten werden bediend. Achter gesloten gordijnen. ‘God ziet u, hier vloekt men niet.’ Ook de politie had het gezien. De tweeënzeventigjarige madam van een van de cafés heeft een uitleg.
‘Ik kan de meinschen die aan de deur komen bellen en die dust hebben, toch niet buiten laten staan.’
Ze zegt er ook nog bij – ze is katholiek gelovig – dat de dorstigen laven een van de Zeven Werken van Barmhartigheid is. Haar geloof kost haar 4000 euro, de maximum boete.
Een volksfeest op straat in Izegem wordt aangevoerd door de plaatselijke burgemeester die aan de journalist van dienst vertelt dat het ‘Allemaal niet zo erg is’. De burgemeester is niet rood of groen (de boosdoeners), ook niet blauw, maar behoort tot de partij die al jaren pleit voor ‘De kracht van verandering’. De dominantste verandering is de overgang van leven naar dood.
‘Elk volk kiest de leiders die het verdient’, een vrije vertaling van ‘Toute nation a le gouvernement qu’elle mérite’ van de Franse contrarevolutionair Joseph de Maistre (1753-1821) kan ook andersom worden geïnterpreteerd: het volk imiteert zijn leiders. Een Donald Dump-onderdaan maakt een filmpje en zet het op Facebook. Daarin loopt hij langs de rekken in een grootwarenhuis en likt de verpakte waren af met zijn tong. Hij heeft er deugd van. Wedden dat zijn president ermee kan lachen?
3. Bijdrage van thuisverpleegkundige Jan Van Reusel
Afgelopen week niet, maar de week daarvoor ben ik vier diensten gaan werken in de thuiszorg in Kkerkrade (Nederland), één ochtend en drie 'avondroutes': werken van 17 uur tot 22 uur, ongeveer twintig adressen, medicatie aanreiken, insuline, wondzorg, klaarmaken voor de nacht, steunkousen, ...
Mensen die moeilijk uit huis komen vragen zich af wat corona voor hen betekent en tonen zich bezorgd en soms angstig. Er zijn een paar (hoog)bejaarden die wèl makkelijk buiten kunnen, daarvan zijn er die 'gewoon' in hun wagen stappen en elders gaan doen wat ze altijd al deden: hun zin, zonder zich daarbij af te vragen of ze daarmee risico scheppen voor zichzelf en voor anderen. Bij deze klanten voel ik me het minst op mijn gemak (mondkapje voor en handschoenen aan vóórdat ik daar naar binnen ga).
werken in Nederlands Limburg, controle aan de grens? Niets gezien!
En toch moet ik naar mijn werk over de E314, een snelweg.
De laatste avond reed ik terug naar huis en passeerde de grens rond half elf 's avonds, de snelweg was bij de grens versmald naar één rijvak, maar de politie was er vertrokken.
Mijn vrouw had mij stoffen mondmaskers gemaakt met dik en dubbel stof, samen met mijn vaste hoeveelheid latex handschoenen en mijn uniform, daar moest ik het voorlopig mee doen. Ik was de eerste die zo bij mijn klanten binnenkwam; later kreeg ik te horen 'dat ik mensen had laten schrikken', maar dat heb ik later met de betrokkenen recht kunnen zetten.
De thuiszorg heeft haar zorg intussen drastisch ingekrompen, enkel de 'hoognodige' en 'onvermijdbare' zorg wordt nog verstrekt; dat is vooral 's morgens te merken, familieleden hebben hier en daar zorg overgenomen, vanaf zaterdag 4 april zijn er pakketten met beschermende kleding enz. voor onze thuiszorg-organisatie, na lang wachten.
ik ben voorlopig niet meer ingepland, maar als er collega's uit zouden vallen heb ik laten weten dat ik wil inspringen. Voor de tweede helft van april en daarna had ik al vóór 'corona' afspraken gemaakt. Ik blijf online op de hoogte hoe het loopt met klanten, werk en collega's,
Als prille zestigplusser, nog - halftijds - werkend in de zorg bij mensen met een beperking , heb ik toch bedenkingen aangaande ons 'heldenstatuut' dat wij, en al die anderen die de boel draaiende houden, nu toegeworpen krijgen. Sta me toe dit wat te relativeren: eenmaal alles achter de rug vrees ik dat het weer 'business as usual' zal worden: De mensen in de zorg zullen, net als voor, tijdens en na de crisis verder moeten doen met hun karig loon en hun karig pensioen. Een pensioen dat zelfs niet zal volstaan om later een opname in een deftig WZC volledig te bekostigen. Het is gemakkelijk om witte vlaggen op te hangen en op tijd en stond te applaudisseren als teken van solidariteit, maar zou er van die solidariteit nog veel sprake zijn als men zou vragen aan die mensen die een veel hoger loon en pensioen hebben, om daar een stukje van in te leveren te voordele van al die helden? Een voorbeeldje: een verpleegster of begeleider van mensen met een beperking die een bachelor-diploma heeft (A1-niveau), zal een pensioen trekken dat meer dan 500 euro netto/maand minder bedraagt dan iemand uit het onderwijs, zelfde niveau. Met alle respect trouwens voor de mensen in het onderwijs! Maar kunnen wij dit normaal vinden? Daarnaast bedraagt het loon ook al een stuk minder, worden er 38 uren gewerkt, is er minder vakantie en moet er langer gewerkt worden. Zaken zoals gratis museumpassen, gratis bezoeken van pret- en andere parken, enz. zijn ook niet aan ons besteed. Niks, noppes, nul extra's. Dat voor een 'carrière' vol weekends, gesplitste - en nachtdiensten! Zwaar beroep, allé gij... Ik begrijp dat de overheid, die al met een serieuze schuldenlast zit, niet zit te springen om daar ferm verandering in te brengen, maar misschien ware het niet slecht om al die andere 'verworvenheden' eens te herzien, niet alleen in het Onderwijs, maar ook bij veel andere ambtenaren en zeker bij de NMBS (kaartjesknippers, ook met alle respect): pensioen op 55 en bijna 2000 euro netto/maand + gratis met de trein blijven rijden tot het eind (niet van de spoorlijn). Is het echt nodig dat mensen nog een pensioen, na een volledige loopbaan, van meer dan 1500 euro per maand krijgen? Alles is afbetaald en er zijn niet veel echte kosten meer. Moeten we allen langer blijven werken om dit betaalbaar te houden? De volgende generaties mogen zich terecht zorgen beginnen maken! Laten wij daar ook eens over nadenken in deze tijden waarin kennissen en familieleden verzorgd worden door mensen die het beste van zichzelf geven! Misschien kunnen jullie later een stukje van jullie zelf teruggeven?
CORONA-PANDEMIE – Aspecten en perspectieven
Marnix Van Schaubroeck
Het nieuwe Coronavirus SARS-Cov-2 verspreidt zich wereldwijd en heeft tot ongekende consequenties en beperkingen in het openbare leven en de burgerrechten geleid. De symptomen van de vaak mild verlopende infectie hebben voornamelijk met de ademhalingswegen en het cardiovasculair stelsel te maken. Naast algemene symptomen als koorts, spierpijnen en vermoeidheid kan vooral de long als orgaan van het midden, van de ritmische mens zwaar aangetast zijn wanneer de ziekte zo ver doordringt. Wegens het verband tussen het virus en de ACE2-receptor kunnen ook cardiovasculaire regulatiestoornissen optreden, wat bv. voor patiënten met hoge bloeddruk, die vaak bloeddrukverlagende middelen (bv. ACE-remmers) innemen, een verhoogd risico kan betekenen.
Virussen en andere infecties leiden meestal pas tot manifeste ziekte wanneer een gevoelige dispositie bestaat. Want niet elk mens ontwikkelt na een infectie tekenen van ziekte, en indien toch, dan in zeer verschillende mate. Daardoor wisselen de schattingen van het sterfterisico bij COVID-19-ziekte, alle leeftijdsgroepen samen gerekend, wereldwijd tussen 0,25 en 3%, in Duitsland tussen 0,3 en 0,7%. Internationaal worden soms nog hogere cijfers genoemd; maar in nagenoeg geen enkel land is, wegens het ontbreken van een algemene testing, een juiste vergelijking van het aantal geïnfecteerde tegenover het aantal overleden mensen mogelijk. Het aantal geïnfecteerden is zeker hoger dan het aantal positief geteste personen, bv. in het zwaar getroffen Italië.
Wanneer een virus binnendringt, ontwikkelt het menselijk lichaam een ontsteking als actieve reactie. Deze dient om de binnengedrongen “vreemde kwaliteit” te overwinnen. Men moet dus een onderscheid maken tussen de infectie op zich, de nodige bijzondere dispositie en het ontstekingsantwoord. In geen enkel geval mag de zinvolle ontstekingsreactie onkritisch door ontstekings- en koortsremmende middelen onderdrukt worden. Er zijn aanwijzingen dat deze middelen het ziekteverloop kunnen verergeren. Vanuit de antroposofische geneeskunde werden reeds aanbevelingen ter preventie en behandeling van de ziekte gepubliceerd. De profylaxe en preventie moeten op verschillende gebieden gebeuren. Vanzelfsprekend is het wassen van de handen zeer belangrijk, evenals het hoesten in de elleboogplooi om druppeloverdracht te vermijden. Maar ook de dispositie moet aandacht krijgen. Het risico bij COVID-19-infectie is hoger bij oudere mensen en bij patiënten met voorafbestaande ziekten, bv. van het cardiovasculair stelsel of bij suikerziekte. Ook stress en angst verminderen de werking van het immuunsysteem en verhogen het risico op een zwaar ziekteverloop. Een overspannen bewustzijnsleven en een tekort aan slaap en aan beweging verhogen de gevoeligheid voor de infectie en voor de ziekte. Actueel komt hier nog de reële angst van veel mensen voor verlies van hun economische levensbasis bovenop.
Het wezen van de ziekte
Ziekten hebben verschillende lagen. De zichtbare symptomen voegen zich samen tot een geheel, het zogenoemde “ziektebeeld”. In dit beeld spreekt zich een type uit; ziekten kunnen zich klinisch zeer verschillend ontwikkelen, en toch iets gemeenschappelijks hebben. Het type van een ziekte is het geestelijke “principe”, dat zich in de zieke mens manifesteert en individualiseert. De ziekte bestaat uit meer dan de uiterlijk zichtbare symptomen: deze wijzen op het wezen van de ziekte, dat in de ziektetekenen tot verschijning komt. Wat zijn de eigenschappen en kwaliteiten van het wezen van de ziekte? Reeds de beroemde patholoog Rudolf Virchow wees op de noodzakelijke dispositie van een infectieziekte. De dispositie tot een ziekte staat noodzakelijkerwijze in relatie met haar wezen. Hier kunnen we meerdere lagen onderscheiden:
- De algemene dispositie, de immunologische gevoeligheid door angst, stress, intellectuele of beroepsmatige overbelasting – zonder twijfel de algemene signatuur van een materieel georiënteerde prestatiemaatschappij “naar westers voorbeeld”. Daarbij hoort ook de toenemende drang om ziektetekenen zoals koorts en vermoeidheid, als zinvol antwoord van het organisme dat tot rust oproept, zo lang mogelijk te ignoreren of door medicamenten te onderdrukken. Dit kan waarschijnlijk tot een zwaarder ziekteverloop leiden. De overbelasting en overspanning van de ziel en het gevoel van stress bevorderen het binnendringen van de infectie in het ritmische systeem.
- Maar ook de inhoud van het bewustzijn is belangrijk. Wanneer wij een waarheid overdenken, beleven wij de verbinding van ons wezen met de geestelijke wereld. Het inzien van de waarheid kan vreugde, zekerheid, vertrouwen en vervulling opwekken. We ontmoeten een kwaliteit die de noodzakelijke oriëntatie geeft; die de mens bevrijdt uit spanning en onzekerheid en daardoor de lichamelijke genezingskrachten versterkt. Onwaarheid en leugen daarentegen maken ziek: ze scheiden de mens van de geestelijke waarheidswereld, isoleren hem en hinderen de genezende kracht die uit de waarheid voortkomt. Rudolf Steiner gaf aan dat de “leugens van de mensheid” epidemiologische betekenis konden hebben (‘De theosofie van de Rozenkruisers’, GA 99, voordracht van 30.05.1907). Het gaat daarbij niet om de individuele patiënt, maar eerder om hoe in de openbare discussie met de waarheid wordt omgegaan. In een tijd van “fake news” en verdraaiingen die met de waarheid in strijd zijn, is ook deze geestelijke dimensie van betekenis. Rudolf Steiner noemt ook de zorg voor spiritualiteit en het schadelijke van materialistische gedachten: “Bacillen worden het meest gecultiveerd wanneer de mens in zijn slaap niets anders meeneemt dan een materialistische gezindheid. Er bestaat geen betere manier daartoe dan de slaap in te gaan met enkel materialistische voorstellingen en van daaruit, vanuit de geestelijke wereld, vanuit zijn Ik en astraal lichaam, terug te werken op de organen van het fysiek lichaam,...” (‘Wie erwirbt man sich Verständnis für die geistige Welt?’, GA 154, voordracht van 05.05.1914). Tegen deze achtergrond zijn ook samenzweringstheorieën over de oorsprong van deze pandemie, zoals ze niet zelden ook in antroposofische kringen circuleren, problematisch. Onze immuniteit, wordt ook gevormd door de wil om zelf te denken, als we de overvloed aan nieuwsberichten zelf “verteren” en ons niet door louter beweringen laten “besmetten”. Daar zijn we zelf verantwoordelijk voor.
- Wanneer door het benadrukken van het bewustzijnsveld, d.w.z. van het zenuwstelsel, de dispositie voor virale ziekten ontstaat, dan zijn voor de genezing ervan doorwarmende beweging en wilsactiviteit nodig. Angst remt de wil, doet ons door het ‘vreemde’ (niet-eigene) geleid worden, zoals überhaupt ons ‘functioneren’ in onze dagelijkse beroepswerk door ‘gangmakers’ van buitenaf bepaald wordt. De dispositie tot ziekte is in onze informatiemaatschappij gekenmerkt door intellectuele overbelasting, overspanning, onrust en stress in ons gevoelsleven, en door een toenemend verlammende angst in ons wilsleven. In termen van het drieledig mensbeeld: deze dispositie is gekarakteriseerd door een verschuiving van de wezensdelen in de richting van het zenuw-zintuig-stelsel. Het door de wezensdelen verlaten organisme opent zich voor infecties en vreemde ‘bezetting’.
- In de kinderjaren en bij de jongvolwassene verbinden geest en ziel van de mens zich met het lichaam en vormen het; bij toenemende leeftijd verlaten ze het lichaam weer. Daarom ontwikkelt de oudere mens eerder een dispositie voor COVID-19. De Corona- pandemie heeft ook met de mens te maken, dieren worden blijkbaar niet ziek. Dat maakt duidelijk dat ze met het IK-wezen van de mens in relatie staat. Preventie en behandeling moeten naast veel andere aspecten ook deze geestelijke dimensie omvatten.
Hygiogenese, salutogenese en autogenese versterken
We kunnen verschillende niveaus van gezond worden onderscheiden. Vooreerst is er het lichamelijke genezen, of in de zin van Gunther Hildebrandt de hygiogenese.
Maar lichamelijk genezen heeft psychische begeleiding nodig. Angst en vrees zijn geen goede raadgevers en verzwakken door spanning en innerlijke onrust de opbouwende levens- en genezingskrachten. Wanneer men in bedreigende situaties een zin kan onderkennen of scheppen, wanneer samenhangen begrepen kunnen worden en er ook mogelijkheden tot aanpakken ervan bestaan, ontwikkelt zich een salutogenetisch potentieel. Aaron Antonovsky heeft deze psychisch omvormende arbeid door het IK-gevoerde bewustzijn omschreven als “sense of coherence”. Tenslotte kan door de ontmoeting met een ziekte een innerlijke ontwikkeling gebeuren die tot zelfontwikkeling, autogenese leidt.
Preventie heeft dus innerlijke en uiterlijke aspecten. Innerlijk gaat het om dragende gezichtspunten en geestelijke inhouden die kracht kunnen geven, om de zorg voor innerlijke samenhang. Uiterlijk leidt de controle van infectieziekten tot isolement: openbare evenementen worden afgezegd, grenzen worden gesloten. Een verbod om het huis te verlaten kan diep ingrijpende gevolgen hebben; mensen worden verhinderd om de natuur, het zonnelicht, de sterrenhemel te beleven. Daarom is het vooreerst nodig om het innerlijke geestelijke licht, de innerlijke zon te versterken, door liefdevolle toewijding aan en interesse in de andere mens, en door innerlijke versterking van de levenswaarden. Tenslotte is er geen genezing zonder hoop. Wij leven vanuit perspectieven en innerlijk vertrouwen.
Uiterlijke hulp bestaat, voor zover mogelijk, uit actieve eigen beweging en opnemen van zonlicht (Rudolf Steiner heeft al in 1920, nog vóór de ontdekking van de Vitamine D, op de infectiologische betekenis van lichtgebrek gewezen) (‘Geisteswissenschaft und Medizin’, GA 312, voordracht van 24.05.1920). Het opnemen van zonlicht, in de juiste mate en op het juiste moment, versterkt de afweer tegen infecties, versterkt de aanwezigheid van het IK in het lichaam en vormt de basis voor de stabilisering van onze innerlijke, hormonaal gestuurde licht-ritmen, die van grote betekenis zijn voor onze slaap en onze gezondheid. De huisquarantaine heeft naast haar betekenis in het beperken van infecties dus ook minder positieve gevolgen, vermits zij de hier genoemde voordelen verhindert.
We moeten niet alleen minder angst hebben in onze ontmoeting met de zon, we moeten ook de nacht naar waarde schatten, en de sterrenhemel, als “Hymnen an die Nacht”, zoals de gedichtencyclus van Novalis heet. De gevolgen van de nachtelijke lichtvervuiling door kunstlicht en beeldschermen op de gezondheid zijn intussen goed bekend. Ons ritmisch systeem is verbonden met de zon en haar gang doorheen de dag. Zo is een groot aantal ‘circadiane’ ritmen bekend. Belangrijk is een ritmisch verloop van de dag, en vooral een fysiologische balans tussen waken en slapen. Zowel te korte als te lange slaap zijn ziekmakend en leiden o.a. tot vermindering van immunologische functies.
Cruciaal is verder een goede verbinding met de warmte. Het cardiovasculair systeem vormt het centrale orgaan van ons warmte-organisme, en moet evenals ons ademhalingssysteem versterkt worden. Beweging heeft hier een centrale betekenis. Hier kunnen de hygiënische oefeningen die Rudolf Steiner in zijn cursus therapeutische euritmie (‘Heileurythmie’, GA 315, voordracht van 16.04.1921) gegeven heeft een waardevolle hulp zijn. Zij kunnen eventueel in kleine groepen aangeleerd en verder zelfstandig geoefend worden (voornamelijk de trias A-verering, liefde-E en hoop-U, aangevuld met de ritmische R). Op het belang van beweging buiten en op de regelmatige opname van zonlicht werd reeds gewezen.
Waarom ontstaan humaanpathogene virussen?
We staan voor een groot raadsel: waar komen deze blijkbaar nieuwe virussen vandaan en waarom zijn zij ontstaan? Het is interessant dat vele virussen uit het dierenrijk komen, ook de Coronavirussen. Ook wij dragen in onze darm niet alleen bacteriën, de ‘microbiota’, maar ook talloze virussen, die zeker even belangrijk zijn voor onze gezondheid als, zoals we weten, de darmbacteriën. Wij weten verder dat niet alleen onze immuunfuncties maar ook veel andere gebieden van ons organisme, zelfs ons psychisch welbevinden, door de darmbacteriën beïnvloed worden. Waarom worden virussen uit het dierenrijk dan ineens gevaarlijk voor de mens? Tegenwoordig veroorzaken wij onnoemelijk veel leed bij de dieren: het massaal en gruwelijk doden, het experimenteren op laboratoriumdieren,... veroorzaakt pijn waar de dierenwereld hulpeloos aan overgeleverd is. Ook de handel in levende dieren kan hen ontzettend veel angst en stress bezorgen.
Kan dit lijden tot gevolg hebben dat virussen, die in het dierenlichaam thuis zijn, veranderen? Wij bekijken gewoonlijk enkel de lijfelijke kant, apart van wat in de ziel gebeurt. Nochtans zijn tegenwoordig verbanden bekend tussen de darm en de ziel. Daarmee stelt zich bij vele virale ziekten niet alleen de microbiologische vraag naar de herkomst van de virussen, maar ook de ecologische en morele vraag naar onze manier van omgaan met de dierenwereld. Steiner heeft meer dan 100 jaar geleden al op deze samenhang gewezen (‘Die Offenbarungen des Karma’, GA 120, voordracht van 17.05.1910, en ‘Erfahrungen des Übersinnlichen. Die drei Wege der Seele zu Christus’’, GA 143, voordracht van 17.04.1912). Vandaag is het aan ons om deze relaties na te gaan en naast de natuurwetenschappelijke analyse ook diepere vragen te stellen.
Perspectieven
Hier komen we dan bij de ecologische dimensie van deze pandemie. Tot nu toe betrof de globalisering vooral de economische interesses en de politieke machtsontplooiing. Zij kan ons opnieuw leren eerbied voor het leven te hebben. De Corona-epidemie maakt er ons van bewust hoezeer wij vandaag een mensheid vormen die verantwoordelijk is voor de gezondheid van de medemens, van onze kinderen en van de aarde —waar Albert Schweitzer zo op aangedrongen heeft—, voor de zo vaak vergeten dimensie van het levende, waar tenslotte géén grens bestaat tussen de levende wezens onderling en hun onderlinge lot.
Deze dagen en weken tonen in welke mate schijnbaar onomstotelijke principes in de economie, de pedagogie, het verkeerswezen toch relatief blijken te zijn en de bescherming van het leven vóór gaat. Dit kan ons een nieuwe soepelheid en verantwoordelijkheid in ons gedrag aanleren. Zonder enige twijfel moet het infectiegevaar in de eerste plaats voor de risicogroepen ingeperkt worden. Hiertoe dienen de ondertussen uitgevaardigde maatregelen om de verspreiding van het virus tegen te gaan en voornamelijk te vertragen. Wij moeten ons solidair tonen met alle medeburgers en met de gehele wereldgemeenschap. Lange tijd was het de doelstelling om infectieuze ziekteverwekkers radicaal en globaal uit te roeien; de Corona- epidemie, net als de snel toenemende antibiotica-resistentie, leert ons echter dat de vragen rond samenleven, het verwerven van immuniteit en het afgrenzen van de dieren-, planten-, bacteriën, schimmel- en viruswereld een duurzaam en ecologisch ontwikkelingsperspectief vereisen, in de plaats van een gedemoniseerd vijandbeeld.
Het SARS-CoV-2-virus kan niet geëlimineerd of uitgeroeid worden, en wij moeten in de komende decennia rekening houden met verdere nieuwe mutaties. De bescherming tegen besmetting en de ontwikkeling van gemeenschapsimmuniteit (de vakterm “haardimmuniteit” duidt ook op een gestoorde verhouding tussen mens en dier) vereisen goed overwogen maatregelen, gebaseerd op een evenwicht tussen terughouding en noodzaak. Beweging in de natuur, maar ook meevoelen met en interesse in de medemens werken gezondmakend en zijn uiterst belangrijk. Ook genezen heeft nood aan toewijding en menselijke hulp. We kennen onderzoeken die aantonen hoe sociale relaties – in casu hoe geliefd kinderen zich voelen – op lange termijn een positief effect hebben op het infectierisico.
Het versterken van resiliëntie (*) heeft in deze crisis een lichamelijke, en psychische en een geestelijke dimensie. Lichamelijk betekent dit, naast de al genoemde zorg voor warmte, zonlicht en levensritmen, ook een gezonde voeding en het vermijden van gif (tabak, alcohol). Bittere groenten versterken de immuniteit, suikergebruik vermindert ze. Preventie en constitutie kunnen door antroposofische geneesmiddelen en therapeutische euritmie ondersteund worden.
Op psychisch gebied gaat het om wegnemen van angst, om bezonnenheid, moed en geestelijke perspectieven. Angst en psychische spanning remmen de immunologische functies en dragen vermoedelijk evenzeer bij aan de verspreiding van de ziekte als zorgeloos en onachtzaam gedrag. Omgekeerd werkt een positieve ingesteldheid (‘positive emotional style’) stimulerend, en leidt ze tot een verminderde ziektekans. Ook de cortisolconcentratie in het speeksel correleert, als teken van psychische stress en spanning, met het infectierisico.
Wij moeten ons dus innerlijk wapenen tegen de angst en de veelvuldig opgestookte vrees, en enkel helder denken, een evenwichtige stemming in de ziel en moed verminderen de ziektegevoeligheid. “... Angst voor de ziekten die zich rond een epidemische ziektehaard voordoen en (...) wanneer men met angstgedachten de slaap en de nacht in gaat, dan treden in de ziel de onbewuste nabeelden, imaginaties, op die van angst doorspekt zijn. En dat is een goede manier om bacillen te koesteren”, zo karakteriseerde Rudolf Steiner 100 jaar geleden het (‘Wie erwirbt man sich Verständnis für die geistige Welt?’, GA 154, voordracht van 05.05.1914).
Op geestelijk gebied stellen zich grote vragen: Welke oproep doen de pandemische ziekten aan de mens? Enerzijds schakelt deze pandemie het gemeenschappelijke leven op dramatische wijze uit, en wordt ze zo tot een groeiende economische, sociale en maatschappelijke bedreiging; anderzijds roept ze op tot een bezinning met de mogelijkheid maatschappelijke oriënteringen, waarden en doelstellingen nieuw te bevragen en te bepalen. Hier is de relatie van de mens met de natuur, en voornamelijk met de dieren, van grote betekenis. Bij de actuele klimaatverandering en het daaruit volgende ziek-zijn van de aarde komt er nu een acute globale ziekte van de mensheid, die zich naast de grote chronische ziekten van deze tijd plaatst en ons kan doen ontwaken voor een noodzakelijke ecologische heroriëntering, ook op gebied van de geneeskunde. Op termijn kunnen we niet zomaar oorlog voeren tegen ziekten en ziekteverwekkers, hoe waardevol deze mogelijkheden ook zijn – we moeten met evenveel energie werken aan de duurzame versterking van de mens en van het ecologisch evenwicht tussen mens en natuur, in het licht van onze gemeenschappelijke kosmische oorsprong.
In geval van ziekte is er nood aan verzorging van de ontsteking, als zinvol antwoord van het organisme om de ziekteverwekker te elimineren, en niet zomaar een kritiekloze ontstekingsremmende en koortsverlagende behandeling. Momenteel beschikken wij niet over op evidentie gebaseerde behandelingen van levensbedreigende COVIS-19-ziekten, die voor alle betroffenen nog therapeutisch nieuwland zijn. Maar net zoals er op gebied van de intensieve-zorggeneeskunde kennis is over de behandeling van ademnood-syndromen, bestaan er ook therapeutische ervaringen in de antroposofische geneeskunde, in de behandeling van ambulant opgedane longontstekingen, die relatief vaak door virussen worden veroorzaakt. Naar onze inschatting kunnen de therapeutische aanbevelingen van de antroposofische geneeskunde in alle stadia van de ziekte een hulp zijn, en in het bijzonder de behandeling van een longontsteking ondersteunen. Meerdere antroposofische ziekenhuizen werken op gecoördineerde wijze — ook intensief-medisch— aan de verzorging van patiënten met heftig verlopende COVID-19-ziekten. Het zal hopelijk spoedig mogelijk zijn de actuele aanbevelingen op basis van de opgedane ervaringen verder te ontwikkelen.
Matthias Girke en Georg Soldner, 19 maart 2020. (**) Vertaling: Marnix Schaubroeck.
(*) Resiliëntie (veerkracht) is het vermogen om onbeschadigd te blijven, of om na beschadiging (ziekte e.a.) naar de oorspronkelijke toestand terug te keren.
(**) Matthias Girke, internist aan het Havelhöhe Gemeinschaftskrankenhaus in Berlijn, en Georg Soldner, kinderarts in München, staan samen aan de leiding van de Medische Sectie van de Vrije Hogeschool voor Geesteswetenschap aan het Goetheanum in Dornach.
De wetenschappelijke referenties zijn terug te vinden in de oorspronkelijke Duitse tekst:
MOEDER NATUUR IS BOOS
Het begon allemaal op een culinaire horrormarkt ergens in de omgeving van Wuhan. Duizenden kraampjes verspreid over een oppervlakte van minstens 10 voetbalvelden. Dieren worden hier dood of levend verhandeld. Opgesloten in krappe kooien en opgestapeld in uitzichtloze rijen. Zo nu en dan wordt een rij met hokken onderbroken door een slachttafel waar onder het luide gekrijs van een doodsbang dier de mens zich van zijn slechtste kant laat zien. Hond, kat, eend, aap, krokodil of slang. Meer dan 110 diersoorten. Tam of wild. Toeristen maken selfies in een griezelig decor van slachttafels waar bloed, poep en urine van af druipt. Ouderen die hun leven willen verlengen komen van ver en eten hier schildpadvlees, roergebakken wolvenpup of in soya aangemaakte civetkat. Zieken die van reuma of suikerziekte willen genezen eten gefrituurde apenneusjes en drinken een shake van gemalen dolfijnenpenissen uit een ivoren beker gemaakt van slagtand.
Daar ergens op die verderfelijke gruwelmarkt tussen eindelijk dood en zwaar lijden werd Corona geboren. Zij is de mierzoete wraak van moeder natuur. In het wrede broeinest van ziektekiemen liet ze virussen muteren die van dier naar dier en uiteindelijk een sprong naar de mens konden maken. Een mensendoder.
Dat het werkt blijkt uit het feit dat ‘bushmeat’ in China nu tijdelijk is verboden. Tijdelijk, want zodra iedereen is hersteld zullen de gehaktmolens weer draaien. Wetenschappers vertellen elkaar in gerenommeerde glossy’s dat menselijke infectieziekten veelal zijn begonnen bij veestapels en 70% van de nieuwe infectieziekten afkomstig is van wilde dieren. De martelstallen, het stropen, de intense veehouderij en de dierenmarkten zijn allemaal systemen van ons menselijk falen. Terwijl we naar ratten wijzen als bron van ziekten zijn we zelf de witte bloedlichaampjes die ons eigen eco systeem aanvalt. We ontwrichten, we slopen en we zijn kwaadaardig. We zaaien uit over de hele aarde en vreten alles dat we onderweg tegen komen kaal. Als we niezen, offeren we apen, muizen en varkens om onze medicijnen op uit te testen. Als we geloven offeren we schapen. Daar waar mensen komen sterft de natuur maar niet voordat we dieren intens lieten lijden.
Nu dus Corona. De natuur verdedigt zich intelligent en effectief. Natuurkundigen en biologen zoeken wanhopig naar een tegengif, maar Corona is slimmer dan haar voorgangers Sars, HIV en Ebola. Deze infectieziekte zorgt ervoor dat mensen niet meer op markten mogen komen. Dat ouderen en zieken die door de jaren heen onevenredig hun stempel op het lijden van dieren wisten te drukken met al hun kwalen en medicijnbehoeften als eerste sterven. Corona zorgt er voor dat de rest thuis in zijn broek zit te schijten en geen vlees maar toiletpapier in slaat. Corona is wraak. Corona is bewustwording. Corona laat zien hoe kwetsbaar en dierlijk we zelf zijn.
Juist nu iedereen het advies heeft gekregen om zoveel mogelijk binnen te blijven, schijnt buiten de zon. Moeder natuur huilt zonder tranen. Ze heeft het helemaal met ons gehad.
Het wordt duidelijker met de dag . . .
Na het lezen van de vorige “Kruip in uw pen” schrijfsels, die ik met plezier lees en met enige fierheid dat ik deel mag uitmaken van een groep mensen die anders gaan leven ernstig nemen, moeten mijn bedenkingen/gedachtenspinsels op papier. Voor wat ze waard zijn en op uw eigen risico . . . .
De mens die dacht zich boven de wetten van de natuur te kunnen verheffen bijt in het zand. Zeker dat deel van de mensheid die de natuur naar zijn hand meende te kunnen zetten. Dat hij geschapen was om te heersen over de natuur (o.a. Rerum Novarum verwijst hier naar).
Zeker na de industriële revolutie dacht men alles te kunnen “maken”. De moderne economen ontwierpen de geldmarkt gebaseerd op voortdurende groei. Machines vervingen de arbeidskrachten en de ambachten. Automatisatie, informatisatie, ICT en het computertijdperk leidde tot “just in time” stockage en tot vraag gedreven productie gebaseerd op behoeften die kunstmatig in het leven worden geroepen door handige psychologen reclame makers.
Zodoende kunnen we nu “dingen” maken die echt niet nodig zijn. Maar dan in grote aantallen want grote hoeveelheden drukken de prijs. Tegen welke prijs?
Blijven grondstoffen delven betekende al langer dat we moeder aarde aan stukken reten. Zeker is enkel dat we een put aan het graven zijn... in de eerste plaats voor onszelf! En maar transporteren. Zelfs bronwater van hier naar daar. Straks nog propere lucht????
Iedereen met de vlieger minimaal 1x per jaar naar de laatste ongerepte stukjes natuur. De toeristische sector of zeggen we industrie?
Voedselproductie leidde tot 30% verspilling van de oogst. Straks gaan we een miljoen ton aardappelen vernietigen want de horeca heeft de deuren moeten sluiten en massa evenementen zijn geschrapt. Van efficiëntie gesproken ! En wat met de honger in de wereld... of valt het systeem dan in elkaar als we de overschotten transporteren?
De systeemfouten komen in deze corona crisistijden pijnlijk aan de oppervlakte. Of dank zij? De multinationals van deze wereld hebben geen antwoord op de problemen. Ook de wereldleiders en hun grootbanken hebben geen oplossing. Geld bijdrukken? Corona obligaties opkopen?
Het momentum om een economie in evenwicht met ecologie een flinke duw in de rug te geven is er. En het geld is er ook momenteel want de ministers van financiën vergaderen al druk. Of gaat men met dezelfde middelen die de kwaal(en) veroorzaakten, denk aan 2008-2009, proberen de crisis op te lossen. Nu al een verloren zaak cfr Einstein. Moet Jan met de pet dit weer betalen. Intrest op onze spaarcenten kunnen we al vergeten. En de BEURS is ook platjes.
Een pandemie heeft één groot voordeel, we beseffen met z’n allen dat we op dezelfde aardkloot rondlopen, -varen, -vliegen. We zullen er dus moeten uitkomen door samen te werken. Hoe langer de pandemie duurt hoe duidelijker dat zal worden en hoe meer kans er is dat iedereen dat zal inzien zonder zich te trumperen.
Een ander voordeel is dat er steeds meer mensen inzien dat we zorg moeten verzorgen in plaats van er op te besparen. Ons verzekeren tegen rampspoed kan niet want geen enkele commerciële maatschappij kan, durft dit aan. Ook deze zorg zullen we samen moeten dragen.
Alles moet veel diverser, fijnmaziger in plaats van een-systeem oplossingen na te streven zoals de multinationals ons willen doen geloven. Zelfs en in de eerste plaats biodiverser want de samenhang tussen ons en het milieu, de natuur is met de dag duidelijker. Gelukkig kan ik naar een congres hieromtrent op 13-14 en 15 november dit jaar. Tegen die tijd studeerde een ruime groep mensen, jong van geest en met ervaring op overschot, al 2 jaar op dit thema. Kan niet anders dan erg goed worden...
Selectieve Transfer-verontwaardiging.
De door BNP Paribas voorgenomen transfer van de winsten van hun Belgische dochter naar de Franse hoofdzetel om dividenden uit te keren, roept in deze ook economisch precaire tijden de nodige verontwaardiging op. Dat heeft ertoe geleid dat BNP Paribas een beetje gas terug neemt en voorlopig afziet van het uitkeren van de dividenden. Maar misschien hoopt men dat van uitstel geen afstel komt zodat men gewoontegetrouw in wat rustiger tijden deze transfer zonder al te veel commotie kan laten doorgaan.
Opmerkelijk is dat in andere tijden deze jaarlijkse terugkerende transfers naar het buitenland, niet alleen van BNP Paribas, blijkbaar veel minder of zelfs geen verontwaardiging oproept, zelfs niet bij die partijen die hun bestaansrecht grotendeels ontlenen aan het zich verzetten tegen de als onterecht omschreven transfers naar anderstalige landgenoten.
Ik kan mij toch niet herinneren dat Bart De Wever de afgelopen jaren met vrachtwagens namaakgeld naar Parijs is gereden om te visualiseren hoeveel Belgische winsten – die vanzelfsprekend vooral de verdiensten zouden zijn van de hardwerkende Vlamingen – jaarlijks getransfereerd worden naar de hoofdkwartieren van EDF, Suez, BNP Paribas en andere Holdings. Laat staan dat hij dat zou doen voor de transfers naar ING, Ahold en andere concerns van zijn Nederlandse taalgenoten en geestverwanten.
Moeten we hieruit besluiten dat men minder moeite heeft met transfers van kapitaal uit winsten naar meestal niet onbemiddelde aandeelhouders in het buitenland, dan met transfers van financiële middelen naar landgenoten die aangewezen zijn op de sociale zekerheid om in hun levensonderhoud te voorzien? Is dit wat we moeten verstaan onder het neoliberaal adagium dat wil men een groter stuk taart uitdelen, men eerst een grotere taart moet bakken? Waarbij men vergeet te zeggen dat diegene die al overvloedig bedeeld zijn het meest aanspraak mogen maken op een nog groter stuk?
Het wordt helemaal cynisch als een Vlaamse minister president zich verzet tegen de verdeling van Europese investeringsfondsen in België omdat Wallonië meer middelen zou krijgen dan Vlaanderen. Zou het kunnen dat er in Engeland de regio’s rond Sheffield, Manchester en Liverpool, waar vroeger een bloeiende steenkool en metaalindustrie was, meer investeringsfondsen zou ontvangen dan de city of London, ondanks het feit dat er misschien verhoudingsgewijs er meer coronazieken zouden zijn in London? Zich verzetten tegen de noodzakelijke investeringen om de reeds lang verzwakte Waalse economie nieuw leven in te blazen en dan maar stellen dat het de hardwerkend Vlamingen zijn die de hangmat van de luie Walen financieren. Kan het cynischer?
Het is opvallend hoe de Vlaams nationalistische partijen de voorheen essentieel geachte “Vlaamse verankering” van bedrijven geruisloos hebben ingeruild voor de Vlaamse identiteit en de Vlaamse canon. Als afleidingsmaneuver kan dit tellen! Als het kalf verdronken is, kan men daar de put mee proberen te vullen.
Gemakshalve verliest men uit het oog dat een levende cultuur een open cultuur is. Een cultuur die zich laat beïnvloeden en inspireren door andere culturen. “Onze” Jan Van Eyck en Peter Paul Rubens maakte in hun tijd reizen naar het toen exotische Italië, het migrantenechtpaar Arnolfini was de opdrachtgever zonder wie het “Vlaamse” meesterwerk nooit zou zijn geschilderd.
Een cultuur die zich terugplooit op zichzelf en zich wil afsluiten van volksvreemde invloeden in een verkrampte poging om zijn eigen identiteit te vrijwaren, zal “fossieleren” Men kan dan met de nodige weemoed, nostalgie en (on)gepaste trots verwijlen tussen de vakwerkhuizen met rieten daken in Bokrijk waar men dan wel meer geld voor uittrekt. Met een beetje geluk zou het zelfs mogelijk zijn in een virtuele 3D voorstelling ervan in het Vlaams Huis in New York.
Dit alles maakt nog maar eens duidelijk dat noch de vrije markt, noch het volksnationalisme de oplossing bieden voor de maatschappelijke en economische problemen waar we nu mee af te rekenen hebben.
Vermaatschappelijking van de zorg is nog iets anders dan vermarkting van de zorg. Het belang van een regulerende overheid en internationale, Europese samenwerking wordt eens te meer aangetoond.
Het zou goed zijn dat Groen, naast de standpunten die ze heeft ontwikkeld over de organisatie van de zorg, de initiatieven die ze neemt voor het bindend maken van een klimaatwet ook een duidelijke alternatief ontwikkelt voor het neoliberaal model voor een economie en voorstellen doet over een “verankering” van een “fair trade economie” die ten dienste staat van de bevolking i.p.v. een bevolking die moet opdraaien voor het draaiend houden van de economie.
9. Doetertoedoe opdrachten van Betsie Peeters
Vrijdag 3 april - OPDRACHT 11:
Het is lente, overal groeien bloemen in de weide, in het bos, de tuin en langs de straatkant.
Vooral nu de lucht zo blauw en zuiver is, zonder vliegtuigen en veel auto's.
De natuur vind dat geweldig!
Ga daarom vandaag de natuur in en verzamel lentebloemetjes, zoveel soorten als je tegen komt.
Hoeveel tel je er!
Doe die als je thuis komt in een vaas en fleur de woonkamer er mee op!
Als je op wandel bent en een paard tegen komt maak dan een grappige foto van jou, jullie, met dat paard.
Zaterdag 4 april - OPDRACHT 12:
Het is volgende week de week voor Pasen, ze noemen die week "de Goede Week".
Laat ons daarom ook iets goeds doen.
A:
Alwin, die bij die bij Bio Planet werkt, vroeg me om als opdracht voor vandaag een grote tekening te maken.
Als je wil met zijn allen.
En deze tekening volgende week door je mama of papa te laten afgeven in de winkel waar zij boodschappen doen.
Bedankt deze mensen maar eens extra, want door hen kunnen wij lekker blijven eten.
B:
Omdat het bijna Pasen is en omdat je zoveel goeds daarmee doet, stuur weer een kaartje of tekening naar iemand waar je van houdt, en die nu alleen in haar/zijn huisje of in een rusthuis woont.
Teken maar een paar lekkere paaseitjes of een flinke paashaas!
Woensdag 8 april - OPDRACHT 15:
Maak vandaag een fleurig lentesoepje met zoveel mogelijk voorjaarskruiden.
Zoek eetbare 'soepgroentjes' in je tuin of natuur.
Welke wilde kruiden kan je gebruiken:
Neteltjes groeien nu met graagte, probeer zo te plukken zodat ze niet prikken.
Madeliefjes kan je gebruiken als versiering, en zijn best lekker.
Pinksterbloem is ook eetbaar, de jonge blaadjes, bloemknoppen en bloemen kun je allemaal gebruiken. Ze hebben een pittige smaak.
Paardenloem is bitter, de bloemblaadjes kan je gebruiken om te versieren.
Zevenblad: misschien is deze plant ook al te vinden, de blaadjes zijn lekker.
Witte dovennetel: de jonge blaadjes van alle soorten zijn geschikt in de soep;
Misschien weten jou mama of papa nog andere eetbare wilde kruidjes voor jou soep.
Zevenblad | Pinksterbloem | Madeliefjes |
Witte dovenetel |
10. Nog een Paasboodschap van Betsie Peeters
Beste Paasverwachtende mensen!
Gans mijn stilaan gevorderde leven heb ik graag verhalen verteld.
Aan mijn broertjes, mijn kinderen en nu mijn kleinkinderen.
Ik had, en heb, een rijke fantasie en verzon de verhalen "ter plaatse".
Nu in deze Goede Week voel ik de behoefte om een verhaal te vertellen aan jou!
Kindje Betsie.
We woonde in Duitsland. Vader was militair politie.
Was het daarom dat we nooit naar de kerk gingen?
Wel tijdens mijn 1ste communie en plechtige communie.
Ik herinner me nog hoe plechtig ik me voelde, 6 jaar, een blauw kleedje, de hostie, de priester!
Ik voelde me zo blij en zelf een beetje heilig.
We leerde wel, in de militaire school, over Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Pasen.
Ik liet die verhalen over de Goede Jezus helemaal binnen in mijn jonge hartje.
Telkens als het Goede Vrijdag was, 15 uur, wilde ik eventjes alleen zijn.
Mijn jonge ziel vond het zo erg dat de Goede Jezus dood ging aan het kruis.
Ik beleefde het heel intens mee!
Stille zaterdag was voor mij steeds een zuivere dag!
Ik wachtte!
En dan was het Pasen! De lucht was blauw, helder, ik was zo blij, zo beleefde ik het.
De paasklokken brachten chocolade eieren.
De fascinatie voor de Goede Week is altijd gebleven.
Witte Donderdag, Jezus die rond de tafel zit met zijn apostelen, zijn laatste avondmaal, de voetwassing.
Wat had ik een bewondering voor Hem.
Hoe moet Hij zich gevoeld hebben.
Verleden jaar beleefde ik de Goede Week in de abdij van Zundert.
Bij aankomst de dag voor Witte Donderdag vroeg de gastenbroeder of ik mee wilde doen aan de voetwassing.
Toen hij dat vroeg voelde ik zo een grote vreugde in me.
Het was een heilig moment voor mij, mijn voeten te laten wassen door de overste.
Goede vrijdag, als kind vroeg ik altijd aan de Goede Jezus of hij om 15 uur een wonder zou laten gebeuren.
Later toen ik groter werd vroeg ik: "Goede Jezus laat iets gebeuren, zodat de mensheid even stil kan staan."
Stille zaterdag voelt steeds aan, als een hoopvolle dag, een dag waarin ik hoop op verrijzenis.
Pasen, het jubelt, ik wil mijn vreugde meedelen. Hoor wat er wordt verkondigt! De klokken, hoor ze!
Nu, in deze Goede Week, 2020!
Witte Donderdag, vandaag. Ik voel het in gans mijn wezen. Nu meer dan ooit!
Goede vrijdag! Goede Jezus ik vroeg als kind naar een wonder, later om een teken.
Ik voel in me schroom om toe te laten dat de Goede Jezus mijn "smeken" wel eens gehoord zou kunnen hebben!
Stille zaterdag! Hoe stil zal het zijn, deze zaterdag 2020. Hoe helder de luchten, de sterrenhemel. Hoe helder het juichende fluiten van de vogels.
Pasen! De klokken luiden in mijn dorp iedere avond om 20u, om onze Helden te eren.
Pasen! De Goede Jezus en al de Engelen staan nu met open armen aan de Hemelpoort om de gestorvenen van deze bijzondere tijd in hun armen te nemen.
Verrijzenis!
Laten wij elkaar in deze dagen van sterven en verrijzen in gedachten omarmen, elkaar nabij zijn!
Zoveel goeds en moois kunnen we verwachten!
Als we samen, met een blauw kleedje aan, vol bewondering voelen wat ons allen gebeurd!
Mag ik jou in gedachten omarmen!
Liefdevol,
Betsie