Senioren samen onder de toren
Senioren die niet langer alleen kunnen wonen, kunnen in Maldegem terecht in een aantrekkelijke flat waar ze dingen samen kunnen doen. Vroeg of laat maakt een senior het mee dat alles moeizamer gaat. Wat hulp en zorg worden welkom. Je staat voor de keuze: verhuis je naar het woonzorg-centrum? Blijf je liever thuis? Of is er een aantrekkelijk alternatief, liefst in eigen buurt? In Maldegem zorgde het OCMW voor die optie, met steun van CD&V en Groen. Senioren kunnen er terecht in een mooie flat in twee voormalige pastorieën, dus onder de toren. Ze eten, helpen in de keuken, doen boodschappen, verzorgen tuintje en kippen, en kaarten ? samen! Een gezinshelpster houdt er een oogje in het zeil. De zorgkundige en de poetshulp passeren er dagelijks. Er is een permanent personenalarmsysteem en een nachtronde vanuit het rusthuis. De bewoners bepalen samen het menu en het huishoudbudget. Er is een grote keuken naast de leefruimte waar de senioren samen de maaltijden bereiden. Die maaltijden zijn een groepsgebeuren, net als de wekelijkse vergadering en het kaarten. Er is veel contact met het dorp. Buren, familie en mantelzorgers weten de weg, schoolklasjes passeren al eens ? in Adegem kijken ze zelfs uit op de speelplaats - en ook naar de seniorengymnastiek komt er volk uit de buurt. Elke pastorie heeft bovendien een groentetuintje en er zijn kippen. Maar elke bewoner, alleenstaand of koppel, heeft zijn eigen flat met slaapkamer, badkamer, kookhoekje en de eigen meubels. In de pastorie van Kleit zijn er zo zeven flats, in Adegem twaalf. Kennissen of familie kunnen dus ook daar ontvangen worden. Er is met andere woorden een gezond evenwicht tussen privé- en groepsleven en door de permanentie van de zorg is levenslang wonen onder de toren bijna altijd een haalbare kaart. Precies dat is de bedoeling! Hoe kwam het OCMW op dit idee van groepswonen met dienstverlening? Een werkgroep was poolshoogte gaan nemen in Friesland. Dat sloeg aan. Toen kon het OCMW plots twee leegstaande pastorieën kort na elkaar in erfpacht nemen. Die buitenkans maakte het verbouwproject haalbaar. Bovendien kon het woonzorgcentrum in Maldegem-centrum de nodige zorg aanbieden: gezinszorg, poets- en klusjesdienst, mindermobielencentrale. OCMW-voorzitter Stefaan Standaert (Groen!) aarzelde dan niet. De pastorie van Kleit en kort nadien die van Adegem werden omgetoverd tot zorgsatelliet van het woonzorgcentrum. En met succes!
"Toch blijft het een uitdaging om mensen te activeren en met ze aan de slag te gaan," vertelt de voorzitter. "Dat vraagt energie en geduld vanuit de begeleiding. Voor de organisatie en voor het personeel is dit een nieuwe manier van werken. Het is dus even wennen." Mantelzorgers en buren blijven komen. Dat is een grote troef. Dokters uit de buurt promoten het project. In Adegem zijn alle bewoners uit het dorp afkomstig. In Kleit nog niet. Hoe kleiner de gemeenschap, hoe lastiger soms om de stap te zetten. Mensen moeten ook willen samenleven. Dat wordt hen in het intake-gesprek uitgelegd. De sfeer in de pastorijen is alleszins echt anders dan in het woonzorgcentrum zelf. Voor de senioren die de stap zetten, is dat ongetwijfeld een meerwaarde!
Buurtgerichte zorg
Het groepswonen in Maldegem laat zien hoe buurtgerichte zorg vorm kan krijgen. Dat nieuwe model werkt niet volgens de gangbare organisatielogica van de zorgsector, die efficiëntie vooropstelt en vaak tijd tekort komt voor de zorgbehoevende cliënt. De huidige opvang neemt cliënten dingen uit handen die ze nog wel zelf kunnen en ziet hun netwerk veel te weinig als partners in de zorg. Cliënten moeten zich dus aanpassen aan de zorg. Buurtgerichte zorg organiseert de professionele zorg even efficiënt, maar heeft tegelijk veel aandacht voor het informele netwerk van de bewoners,zoals buren, vrijwilligers en mantelzorgers. Die zijn partners in de zorg. Zij zijn het die het welzijn en de sociale cohesie in een buurt of dorp vergroten. Het systeem houdt de kosten van hulp- en zorgverlening betaalbaar, toch meegenomen met de seniorengolf die zich aandient.
Buurtgerichte zorg brengt dus alle partners in kaart die kunnen meewerken aan een actief zorgzame buurt: lokale diensten, organisaties en verenigingen, hulp- en zorgverleners, OCMW, bewoners, senioren, bestuurders, ... De buurtregisseur heeft als taak om met al die partners een actief netwerk te organiseren en te blijven organiseren, omdat een buurt ook voortdurend verandert. In de zorgzame buurt leven jong en oud samen, bewoners kennen en helpen er elkaar, en zowel zorgbehoevenden als mantelzorgers krijgen ondersteuning. Door deze zorgcontinuïteit kunnen senioren en andere zorgbehoevenden in hun vertrouwde omgeving blijven. De buurt en de publieke ruimte worden gewoon aan hen aangepast in plaats van omgekeerd. Ze zijn geen cliënten meer, maar partners!
BIJLAGEN:
voorstel_groen_woonzorgcentrum_als_schakel_in_buurtgerichte_zorg.pdf